Nederlands versus Nederlands

5 mei 2015
In mei nog komen aanzetten met chocolade-eitjes? Dat zijn vijgen na Pasen. Of … is het mosterd na de maaltijd? In elk geval ben je rijkelijk laat en je snoepgoed is behoorlijk gedateerd. Wel fascinerend dat Belgen en Nederlanders ieder hún uitdrukking hebben om dat duidelijk te maken. Maar elkaars variant amper begrijpen. En zo zijn er nog wel meer verschillen - zelfs in de standaardvariant van onze taal. Want als we over de dialecten spreken, dan is het hek pas helemaal van de dam.
Nederlands vs Nederlands

 

Ruis

Zitten een Belg en een Nederlander op café, zegt de een tegen de ander … “Wat ga jij drinken, een fruitsap?” “Nee hoor, geef mij maar een jus d’orange.” Een goeie grap? Nee hoor: bittere ernst, ook al wonen we samen op amper een handdoek groot. Niet dat we elkaar niet begrijpen, het zorgt hoogstens voor wat lichte ruis. Zeg maar eens tegen een Nederlander dat je een boontje hebt voor iemand. Pardon? Ah, je bedoelt ‘een zwak hebben voor iemand’. Andere woorden, andere uitspraak ook. Zij gaan naar de therapuit, wij naar de therapeut. Of zet het journaal van vrt en nos naast elkaar en je hoort het meteen. Toch zijn het allemaal – min of meer – correcte uitspraakvormen. Maar goed, Brits-Engels en Amerikaans-Engels klinken ook anders.

Belgisch-Nederlands = afwijking

Sla de Dikke open en zie wat er achter sommige woorden staat: ‘(België)’. Daarmee krijg je als gebruiker een duidelijk signaal. Het bewuste woord wijkt af van de norm. Het is regionaal gebruikt. Je kunt er dus niet mee terecht bij onze noorderburen, tenzij je extra woordverklaringen achter de hand houdt. Om maar te zeggen dat wij Belgen de uitzonderingen zijn. Vergelijk “Zes pistolets, zes sandwiches en twee eclairs. Dat zal het zijn?” (wij) met “Zes harde bolletjes, zes zachte puntjes en twee eclairs. Anders nog iets?” (zij)

Snel, sneller, snelst

Oh ja, en dan is er natuurlijk de spreeksnelheid. Laten we het obligate grapje over de Limburgers buiten beschouwing, dan nog spreken Hollanders véél sneller dan de Belgen. Matthijs van Nieuwkerk al eens bezig gehoord in DWDD? Of Paul De Leeuw? Geen wonder dat ze Belgisch-Nederlands zacht en grappig vinden. Terwijl Nederlands-Nederlands eerder hard en fleurig klinkt. En voor wie het té hard in de oren klinkt … die volgt toch lekker het advies van Het Goede Doel in hun België: “Ik heb getwijfeld over België, want dat taaltje is zo zacht.”